Reactie op FD-interview met Marco Varkevisser

ingezonden naar FD (zorgjournalist Anna Dijkman)

interview in Financieel Dagblad (18/1/2019) ‘Het zorgstelsel is als het weer: het is nooit goed’

FD Het zorgstelsel is net als het weer het is nooit goed? NB: om het artikel te kunnen lezen moet men geabonneerd zijn/zich registreren.

Cursief = quote uit FD – gevolgd door mijn commentaar in 13 punten van kritiek

1. Dhr. Varkevisser vertegenwoordigt een faculteit die een open debat over het zorgstelsel schuwt, in tegenstelling tot bijv. het RadboudUMC, de UvA, de VU en Maastricht University. Zijn faculteit is van alle kennisinstituten het meeste verantwoordelijk voor dit marktgedreven zorgstelsel, dat niet blijkt te kunnen functioneren. Maar waar zijn de reacties van andere universiteiten?
2. Moet de markt of de overheid problemen in de zorg als wachtlijsten en bureaucratie oplossen? Het blijft zoeken naar een balans. – Het gaat om een balans tussen overheid, beroepsgroepen en markt, dus 3 (georganiseerde) actoren.
3. Maar partijen zoals de SP die alles weer naar de overheid willen brengen, zijn wel heel naïef over de voor- en nadelen van overheidsingrijpen. – Hier wordt opzettelijk?! geframed door een wetenschapper van ESHPM. Het onderwerp is ingewikkeld en politieke partijen zijn zoekende naar antwoorden, zeker. Maar het is niet zo dat ‘men’ alles naar de overheid wil brengen. Het gaat om een nieuwe balans tussen publiek en privaat, zoals ik verwoord heb in publicaties waar ESHPM niet op reageert, zie 1e punt. Meer centrale overheidssturing noodzakelijk
4. De wisselvallige politieke besluitvorming – dit is inderdaad een probleem. Voor de zorg moet de politiek een lange termijn trendmatig begrotingsbeleid volgen.
5. De overheid deed het in de jaren ’90 niet al te best: er waren lange wachtlijsten, veel bureaucratie, er viel weinig te kiezen en er was weinig innovatie. – Hier schetst hij een karikatuur. De relatieve levensverwachting (vergelijking met gehele wereld) is in de jaren ’90 achteruit gegaan, dat klopt.
De wereldwijde levensverwachting bij geboorte
Maar: er zijn weer groeiende wachtlijsten, er is een enorme bureaucratie ontstaan, kiezen is feitelijk gissen in het donker door totaal gebrek aan transparantie van producten/prijzen Nederlands zorgstelsel is niet transparant , er is misschien wel teveel innovatie (zie ook: Prof. Westert, RadboudUMC).
6. De behoefte aan zorg is oneindig, er kan steeds meer en het wordt steeds duurder. – Een derde van de kostenstijging komt door de vergrijzing. Maar tweederde wordt door het marktdenken aangejaagd. De innovatiechaos werkt kostenverhogend omdat investeringen niet worden terugverdiend. En er wordt van alles aan gedaan om nieuwe zorgproducten aan de man te brengen en zo veel mogelijk geld te verdienen met onzin en schaamteloos machtsmisbruik. Zoals bij de nieuwe kankermedicijnen. Er moet door de politiek paal en perk gesteld worden aan deze marktkrachten.
7. Het verbod op winstuitkering: Het gaat – i.t.t. de winstuitkering aan zorgverleners (maatschapppen e.d.) – om een verbod op winstuitkering van grote organisaties, zoals ziekenhuizen en zorgverzekeraars. De meerderheid van de politiek wil dit zo houden en terecht. Zie mijn eerdere commentaar op de doorgeschoten marktkrachten.
8. Sinds 2006 moeten ziekenhuizen meer ondernemer zijn en daarmee zijn de financiële risico’s fors toegenomen. – Een oppervlakkig antwoord. Lees Prof. van den Heuvel (Healthcare management UvA) in de Volkskrant ‘Ondergang ziekenhuizen was simpel te voorkomen’ en op skipr ‘Liberaal beleid rond bouw van ziekenhuizen heeft volledig gefaald’ (beide 25/10/2018). Jaap van den Heuvel fileert disruptieve marktwerking ziekenhuissector
9. De prijs die we voor het huidige verbod betalen is dat er nu allerlei schimmige constructies worden bedacht om toch die winst uit te keren. -Dat is inherent aan marktdenken. Dit profitgedreven stelsel predikt en prikkelt de markt, hetgeen – omdat het een eenzijdige, bedrijfseconomische benadering voorstaat – onvermijdelijk tot steeds meer extra regelgeving en dus controlebureaucratie leidt.
10. Op belangrijke onderdelen heeft de overheid nog steeds de regie: zoals bij het toezicht op kwaliteit en wat er in de basisverzekering zit.– De overheid heeft met de stelselwijziging van 2006 de landelijke regie van de planning van zorgvoorzieningen (een essentiële publieke taak, wie heeft dit bedacht?!) uit handen gegeven.
11. Je moet het stelsel afrekenen op de vraag of het beter werkt dan een ander stelsel. – Dit onderzoek laat nog steeds op zich wachten. Er is door minVWS en RIVM een aarzelend begin gemaakt afgelopen zomer. Nederlands gezondheidszorgsysteem in internationaal perspectief Maar de adviesaanvragen aan de WRR en de SER zijn op de lange baan geschoven. adviesaanvraag-wrr-betaalbaarheid-zorg Ik heb deze vraag daarom zelf onderzocht.
12. In vergelijking met het buitenland hebben wij een goed zorgstelsel. Kunnen er dingen beter? Tuurlijk. Maar ons stelsel is heel solidair, heel toegankelijk en kwalitatief hoogstaand. – Uit mijn onderzoek blijkt dat het Nederlands medisch zorgstelsel o.b.v. beschikbare kwaliteitsindicatoren relatief iets slechter presteert dan het gemiddelde europese zorgstelsel (vergelijking data van 14 moderne landen). Private zorgstelsels (zoals het Nederlandse) zijn duurder dan publieke zorgstelsels, terwijl de kwaliteit over het algemeen genomen vergelijkbaar is. Zoals we allemaal weten is het private zorgstelsel van de USA zo’n beetje het duurste in de wereld. OECD Health at a Glance 2007 2017 EU14
13. En verder verwijs ik naar het artikel in Medisch Contact “Nederlandse zorg valt van haar voetstuk”. Medisch Contact

Mijn stelling: Het zorgstelsel van gereguleerde marktwerking is niet goed doordacht en blijkt ondermaats te presteren.

Switch: van Kritische analyse naar Observatie

Onder grote maatschappelijke druk hervormt en innoveert het medisch zorgstelsel naar regionale samenwerkingsverbanden. Een goede en noodzakelijke ontwikkeling!

Zie bijv. de laatste blog van Guus Schrijvers op zorgvisie, de strategie van de zorgverzekeraar VGZ waar ik echt waardering voor heb – los van mijn kritische analyse van de structuurfouten van het zorgverzekeringsstelsel, waarin VGZ uiteindelijk ook niet meer dan een belangrijke pion is  – , de oproep van Leon van Halder, de fusie van AMC en VUmc die daarin wel degelijk past, de zorgketens die vanuit UMCG worden georganiseerd, enz.

Dit gaat lijnrecht tegen de marktwerkingsfilosofie in.

Dus het zou mooi zijn als ze in Rotterdam (@ESHPM) tot inkeer komen. Want zelfs in de regio Rijnmond is regionale samenwerking het devies.

En het zou mooi zijn als minVWS echt lessen gaat leren. Expliciet, niet impliciet.

Maar dit kost allemaal ontzettend veel geld (en energie). En dat moeten wij, die voor de domme worden gehouden, met zijn allen betalen.

blog Guus Schrijvers
Deze blog is integraal als reactie op die blog opgenomen

Onbevredigend antwoord van het SCP

update 3/4/2018 – Het SCP vindt het niet nodig om bij de “Belangrijkste Bevindingen” (3 pagina’s) van haar Burgerperspectieven 1/2018 te melden dat de Gezondheids- en ouderenzorg veruit het belangrijkste onderwerp is van de Nationale Politieke Agenda.

Op 21 februari jl. heeft het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) per mailwisseling geantwoord op gestelde vragen (zie pdf).Stellingen en vragen aan Kim Putters 09022018

Zie de eerdere blogs:

SCP 2
ESHPM 2
SCP 1

De mailwisseling geeft verwijzingen naar publicaties van het SCP, ZonMW, de NZa en ESHPM, maar geen bevredigende antwoorden.

Ook schept het SCP verwarring met de uitspraak dat ze (citaat) “geen onderzoekonderzoek doen naar het stelsel van gereguleerde werking en de doelmatigheid van het zorgstelsel. Het aandachtsgebied van het SCP is vooral de langdurige zorg en de informele zorg. De ziekenhuiszorg ligt buiten het aandachtsgebied van het SCP, omdat andere onderzoeksinstanties daar al veel onderzoek naar doen.” Dit is aantoonbaar onjuist. Eerdere SCP-publicaties uit 2011 en 2013 gaan in op de thematiek van medische zorgstelsel en de mening van de bevolking dienaangaande.

Sinds 2014 zijn er geen serieuze publicaties meer vanuit de overheid over het zorgstelsel, dus het SCP stuurt mij het bos in, waar niets te vinden is. Het spoor loopt dood. Vanaf dat moment is het louter de vermarketing van ons unieke zorgstelsel, exportproduct van de BV Holland, waar tientallen miljoenen worden uitgegeven aan pseudo-wetenschappelijke organisaties die de claim moeten onderbouwen. OmzetWaarde: 45 Miljard euro, op te hoesten door de mensen die daartoe wettelijk verplicht zijn en geacht worden consument te zijn van hun eigen zorgbehoefte. Is dit de ontmaskering van de zogenaamde heilzame marktwerking in de zorg?

 

Wanneer rectificeert TROUW over de Gezondheidszorg?

Drie jaar geleden – Zorgjournalist Edwin Kreulen, geinterviewd door Jan Kruidhof, zegt in TROUW over onze gezondheidszorg, zich baserend op de jaarlijkse zorgranglijst van de European Consumer Health Index (EHCI):https://www.trouw.nl/home/nederlandse-zorg-de-beste-van-europa~a99aa2b1/

Ruim twee jaar geleden – Essay ‘De cure onder het mes‘. Zie: https://gijsvanloef.nl/2015/11/08/de-cure-onder-het-mes/ Citaat: “Het gedwongen huwelijk van concurrentie (omzet en winststreven, het financieel eigen belang van de ondernemer als motor van vooruitgang) en samenwerking (inhoudelijke zorgkwaliteit en zorgvuldigheid, de beroepsethiek die het patiëntbelang centraal moet stellen) breekt het stelsel nu op. Concurrentie en samenwerking zijn tegenstrijdige principes. Winststreven leidt tot perverse prikkels die de kwaliteit van de zorg ondergraven, de gevolgen voor de patiënt zijn in zo’n situatie vaak desastreus. Zelfstandig ondernemerschap is ook een blokkade voor stroomlijning van zorgprocessen, dit beperkt de doelmatigheid en de kwaliteit. Een omvangrijk beheerssysteem van controle en toezicht is nodig om de huidige cure te laten functioneren. Dit geeft hoge indirecte kosten.” De meest gelezen auteursbijdrage op skipr sinds medio 2013.

Twee jaar geleden – De ontmaskering van de European Consumer Health Index (EHCI) in het gerespecteerde British Medical Journal (BMJ):http://blogs.bmj.com/bmj/2016/02/09/what-if-anything-does-the-eurohealth-consumer-index-actually-tell-us/

Anderhalf jaar geleden – Het Nederlandse zorgverzekeringsstelsel kan niet functioneren – een onweersproken betoog, iBMG/ESHPM weigert te reageren: De tien randvoorwaarden van gereguleerde marktwerking Conclusie: Er wordt zonder meer niet voldaan aan deze randvoorwaarden. “Het roept de vraag op of het überhaupt voorstelbaar is dat er ooit voldaan kan worden aan de randvoorwaarden van gereguleerde marktwerking in de gezondheidszorg. Ik laat het oordeel aan u, lezer.” NB Er zijn zorgeconomen die de alarmbel luiden, maar hun pleidooi gaat richting meer marktwerking.

Oktober 2016 vellen twee onderzoekers van de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) het salomonsoordeel over de EHCI-index in het essay de ‘Zorgstelselcompetitie’ : https://www.raadrvs.nl/publicaties/item/de-zorgstelselcompetitie  Zie verder : https://gijsvanloef.nl/2017/09/03/zorgstelselranglijsten/

Een jaar geleden – Een fundamentele kritiek op de kwaliteit van het marktgeorienteerde zorgstelsel op basis van een analyse van enkele basisgegevens verschijnt op het zorgmediaplatform skipr.nl : https://www.skipr.nl/blogs/id2855-nederland-heeft-niet-de-beste-zorg-van-europa.html en https://www.skipr.nl/blogs/id2868-nederland-heeft-een-ondoelmatig-zorgstelsel.html Eelke van Ark publiceert op Follow the Money in december 2016: https://www.ftm.nl/artikelen/hoe-zinnig-zijn-internationale-zorgvergelijkingen-eigenlijk-echt?share=1 Zie verder als tussenbalans: https://gijsvanloef.nl/2017/10/08/nederlands-private-zorgstelsel-is-inferieur-dure-zorg-van-middelmatige-kwaliteit/

Maar … het is nog steeds tegen de stroom in. De Rijksoverheid, het SCP, de NVZ en andere grote, publieke instellingen volharden in tendentieuze berichtgeving. Zie bijvoorbeeld: Tendentieuze berichtgeving SCP over de gezondheidszorg en de video Hoe Goed is Onze Gezondheidszorg?

Laat de kwaliteitskrant TROUW zich nu nog steeds in de luren leggen?

Wat is nu eigenlijk… Fake News!?


Toelichting

Zorgjournalist Edwin Kreulen is volledig op de hoogte van de correspondentie met het Centraal Planbureau (CPB) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) in het afgelopen jaar over het onderzoek naar de ontwikkeling van de kosten en de kwaliteit van de Nederlandse medisch-curatieve zorg . Het onderzoek heeft de toets der kritiek tot nog toe doorstaan: https://gijsvanloef.nl/2017/11/10/tendens-daling-kwaliteit-medische-zorg-t-o-v-eu14-zet-door-2007-2017-oeso/

Een aanbod van prof. Jeurissen, Science officer van het ministerie van VWS, van inmiddels drie maanden geleden om in (bijvoorbeeld) TROUW hierover met elkaar in debat te gaan vindt de heer Kreulen “nog te specialistisch.” Prof. Jeurissen heeft mij inmiddels uitgenodigd om met hem in debat te gaan in een college. Ik maak dankbaar gebruik van zijn uitnodiging.

De 10 randvoorwaarden van gereguleerde marktwerking in de gezondheidszorg: beoordeling

5 juli 2016 – Verzoek aan het instituut Beleid & Management Gezondheidszorg om te reageren

Het nederlandse zorgstelsel dat gebaseerd is op gereguleerde marktwerking en dat nu 10 jaar bestaat is uniek in de wereld (Zorgverzekeringswet). Om goed te kunnen functioneren moet voldaan worden aan tien randvoorwaarden, deze zijn opgesteld door het instituut Beleid & Management Gezondheidszorg van de Erasmus Universiteit. Ze zijn het fundament van het stelsel van de verzekerbare gezondheidszorg. In hoeverre wordt nu voldaan aan deze randvoorwaarden van gereguleerde marktwerking? Een poging om tot een objectieve beoordeling te komen. Bij nader inzien is de conclusie minder positief dan hij was op skipr : de eindscore is een 4.6. Er wordt zonder meer niet voldaan aan de randvoorwaarden van gereguleerde marktwerking.

1e randvoorwaarde: Risicosolidariteit zonder risicoselectie – Dit wordt mogelijk gemaakt door het systeem van risicoverevening. Jaarlijks wordt vooraf 22 miljard verdeeld onder de zorgverzekeraars ter compensatie van ongelijke risicogroepen-klanten. Dit systeem zou moeten worden afgebouwd, idealiter naar nul, vanuit het uitgangspunt dat onverzekerbare zorg een overheidstaak blijft obv. de Wet op de Langdurige Zorg. Maar afbouw van de risicosolidariteit gaat niet, het leidt tot risicoselectie door zorgverzekeraars, kwetsbare groepen vallen dan uit de boot. Conclusie: Zonder het systeem van risicovervening is risicosolidariteit niet mogelijk. 2 Punten (van max. 5)

2e randvoorwaarde: Een transparant zorg- en polisaanbod / goede consumenteninformatie – Er zijn budget-, natura en restitutiepolissen en aanvullende polissen. De Consumentenbond spreekt van een polisjungle en telt 1400 combinaties. Transparant? Er zijn digitale vergelijkingssites. Mensen kunnen gemakkelijk de ‘goedkoopste polis’ kiezen, maar het is de vraag of men het allemaal kan overzien. De werkelijke kosten (tarieven) van de concrete, individuele zorgverlening zijn volstrekt niet transparant. Conclusie: Er is geen transparantie voor de patiënt/zorgverzekerde. 1 Punt.

 

3e randvoorwaarde: Doelmatigheidsprikkels voor alle drie actoren (zorgvrager, zorgverlener, zorgverzekeraar) – Moeilijk. De risicoverevening is als macro-instrument geen doelmatigheidsprikkel voor zorgverzekeraars. Bij onderhandelingen tussen zorgverzekeraars en zorgverleners is er een neerwaartse druk op budgetten, dat is een doelmatigheidsprikkel. Maar individuele zorgverleners worden betaald op basis van behandelingen, productievolume wordt beloond, dit is geen doelmatigheidsprikkel. Zorgverleners worden niet betaald voor de behaalde gezondheidswinst van de patiënt/zorgvrager, daar waar het uiteindelijk om gaat. En dan die zorgvrager zelf. Omdat er steeds nieuwe behandelingen, technieken en medicijnen beschikbaar komen is zijn zorgvraag in beginsel onbegrensd. Maar de eigen bijdrage is een prikkel tot doelmatigheid. Conclusie: Alle drie actoren worden slechts gedeeltelijk geprikkeld om doelmatig te handelen, daarnaast zijn er prikkels die tegengesteld werken. 2 Punten.

4e randvoorwaarde: Keuzevrijheid voor verzekerden – Als er geen transparantie is kan men de konsekwenties van eenmaal gemaakte keuzes vaak niet overzien. De keuzevrijheid is gemankeerd. Hooguit 4 punten.

5e randvoorwaarde: Betwistbare markten – Bestaande zorgaanbieders, zoals ziekenhuizen, medisch specialistische bedrijven en gespecialiseerde behandelcentra mogen geen zodanige machtspositie krijgen dat toetreding van nieuwe aanbieders belemmerd wordt. Nieuwe aanbieders brengen immers innovatie. Maar toetreding kan moeilijk zijn. Omdat zorgkwaliteit altijd de norm is, is er een natuurlijke dynamiek van afstemming en vormgeving van organisatorische verbanden door belangen- en koepelorganisaties. Het toelating-regulerend systeem is een bestuurlijk besluitvormend systeem, nieuwe toetreders moeten aan de bestuurlijke tafel zitten, dan wel vertegenwoordigd zijn. Conclusie: Betwistbaarheid van markten is er in enige mate. 3 Punten.

6e randvoorwaarde: Contracteervrijheid – Verzekeraars moeten de vrijheid hebben om zorgaanbieders te weigeren en geen contract aan te bieden. Dit is een actueel vraagstuk in de zorginkoopmarkt dat doorwerkt in de zorgverzekeringsmarkt. Conclusie: De contracteervrijheid is gedeeltelijk geregeld. 3 Punten.

7e randvoorwaarde: Een effectief mededingingsbeleid – Er moet eerlijke, gezonde concurrentie tussen partijen zijn, er mogen geen machtsposities ontstaan door fusies, of samenwerking die tot kartels leidt die niet de kwaliteit van de zorg verbeteren. Er is een scheidsrechter nodig. Zie ook de 5e randvoorwaarde. Maar er zijn meerdere scheidsrechters met verschillende opvattingen en normen (NZa, ACM en het Zorginstituut), de spelregels zijn daardoor onduidelijk en niet stabiel. Conclusie: Het mededingingsbeleid werkt niet naar behoren. 2 Punten.

8e randvoorwaarde: Geen liftersgedrag – Liftersgedrag, free riding, ondergraaft de solidariteit. Iedereen moet verplicht verzekerd zijn, zodat iedereen ook meebetaalt aan de kosten van de zorg. Er zijn ruim 300.000 onverzekerden die niet meebetalen. Daarnaast zijn er collectiviteiten die iets minder voor haar leden betalen dan individuele polishouders. Conclusie: Liftersgedrag is moeilijk te bestrijden. 2 Punten.

9e randvoorwaarde: Effectief toezicht op minimumkwaliteit van de zorg -Het bewaken van een goede zorgkwaliteit is de taak van de Inspectie van de gezondheidszorg. Er is een zeer sterke toename van het aantal klachten sinds 2004, een verdriedubbeling (van 3000 naar een kleine 10.000). De inspectie kan het werk niet aan. Op 30 mei jl. meldde het RTL-nieuws dat 60% van de sterfgevallen door ziekenhuizen niet wordt gemeld bij de Inspectie. Er zijn minstens 40 zwijgcontracten. Er is onvoldoende toezicht op de kwaliteit van de zorg. 1 Punt.IGZ 25052016

10e randvoorwaarde: Gegarandeerde toegang tot basiszorg – De toegankelijkheid van de basiszorg staat onder druk in de krimpregio’s. In de perifere delen van het land worden normen voor de spoedeisende hulp niet gehaald. 3 punten.

In eerste instantie had ik ruimhartig gerekend en kwam ik op een score van 27 punten op maximaal 50, een 5.4 (op 100). Geen voldoende. Maar de score is lager: 23 punten op 50, een 4.6. Dit is zonder meer een onvoldoende. Het roept de vraag op of het überhaupt voorstelbaar is dat er ooit voldaan kan worden aan de randvoorwaarden van gereguleerde marktwerking in de gezondheidszorg. Ik laat het oordeel aan u, lezer.

U kunt ook op skipr reageren: De tien randvoorwaarden van gereguleerde marktwerking

Een verkorte versie verscheen op Z24 : Dit zijn de grootste knelpunten in de zorg

Op 15 juni verscheen deze blog met de herziene beoordeling (een eindscore van 4.6) ook op Joop: http://ww.joop.nl/opinies/waarom-de-nederlandse-gezondheidszorg-een-dikke-onvoldoende-krijgt

 

dscn2595k

dscn2596k  dscn2597k

 

 

 

Over marktwerking in het publieke domein, zie ook de Gooi en Eemlander van 16 augustus 2013: ‘Marktwerking bij de overheid puinhoop’ 20130816-GHI-MULTITABLOID-GHI208—HDC-1-171059_109707006